door Koen Nevens
1. Een merkwaardig bericht vandaag (7 augustus 2009) in De Standaard: de Britse vakvereniging TUC zou hoge hakken op het werk willen verbieden. Hoge hakken maken de vrouw blijkbaar tot een lustobject en zijn dus vernederend. Vrouwen zouden zich volgens De Standaard verplicht voelen dergelijke schoeisel te dragen. Meteen werden enkele reacties geserveerd. Kersvers minister van binnenlandse zaken Turtelboom bijvoorbeeld: "Waar bemoeien ze zich mee?". Ook in Groot-Brittannië zelf hebben verschillende vrouwen reeds te kennen gegeven dat ze met zo'n verbod niet kunnen leven, onder het motto "Wearing high heels is a personal choice". Het verhaal doet me terugdenken aan een opiniestuk van Ivan Van de Cloot, econoom verbonden aan het Itinera Institute, waarin hij zich de vraag stelde of de overheid uiterlijke schoonheid moet subsidiëren. Daarin haalt hij de volgende 'harde' feiten aan:
"Mooie mensen verdienen meer dan minder mooie mensen. Hoe we dat weten? Uit hard economisch onderzoek gepubliceerd in the American Economic Review: mooie mensen blijken vijf procent meer te verdienen dan mensen met een gemiddeld uiterlijk . Het verschil in verloning tussen de ‘gemiddelde’ en lelijke mens is nog groter namelijk negen procent. Indien deze Amerikaanse resultaten ook opgaan voor België bedraagt de premie voor schoonheid ongeveer 1.600 euro terwijl het inkomensverlies voor de minder mooie medemens tot 2.900 euro per jaar zou oplopen."
En ook:
"De helft van de mannelijke gedelegeerd bestuurders (CEO) van de top 500 bedrijven in de Verenigde Staten bleken meer dan 7,5 cm langer te zijn dan de gemiddelde Amerikaanse man. 30% van hen meet zelfs meer dan 1m88 (tegen 3% van de totale bevolking). Meer algemeen blijkt dat per centimeter die een blanke man meer meet, hij 1,5% meerverdient. Een andere studie toont dat blanke vrouwen die aan obesitas lijden 17% minder per maand mee naar huis brengen. Opvallend is dat dit verschil niet bestond voor mannen."
Nadine Dorries, een Brits parlementslid voor de Conservatieve partij, die nochtans niet zo tuk is op het voorstel van de TUC, bevestigt op haar blog dat ze de extra centimeters van haar hakken broodnodig heeft om haar 'mannetje' te kunnen staan: "I'm 5ft 3in and need every inch of my Christian Louboutin heels to look my male colleagues in the eye," she said. "If high heels were banned in Westminster, no one would be able to find me."
2. Nog los van de vraag of vrouwen een sociale druk ervaren om hoge hakken te dragen, of vrouwen daardoor carrièrematig meer succes boeken, of dit eigenlijk wel aanvaardbaar is, en zo nee, wat we daar dan aan kunnen doen, moet toch weer worden vastgesteld dat de pers en degene van wie een reactie werd uitgelokt, een te ongenuanceerd beeld hebben of schetsen van het standpunt van de TUC. Zo schrijft deze vakbond in één van haar foldertjes:
"In many occupations, in particular where staff deal with the public, employers enforce a dress code that includes footwear. Sometimes this code prevents staff from wearing comfortable and sensible shoes and instead insists they wear slip-ons or inappropriate heels. This can apply particularly to women. Apart from being extremely sexist, these policies can lead to long-term foot problems. Safety representatives should ensure that dress codes do not prevent people from wearing comfortable, healthy footwear."
De TUC stoort zich dus vooral aan door de werkgever opgelegde dress codes, die geen rekening houden met het welzijn van de werknemer: een standpunt dat reeds een jaar oud is (zie bijvoorbeeld het persartikel van 14 augustus 2008 in de Telegraph). Op de blog van de vakvereniging wordt dit trouwens in de verf gezet:
"our current policy, which is based on reducing long-term foot problems, is that employers shouldn’t require workers to wear uncomfortable or dangerous footwear. This includes a number of big city institutions and upmarket shops who insist female staff who deal with the public wear slip-on shoes or high heels as part of a dress code."
Het gaat er dus niet meteen om om hoge hakken te bannen van de werkvloer, maar om de werkgevers te verbieden om het dragen van hakken aan de vrouwelijke werknemers op te leggen, uit gezondheidsoverwegingen. Het voorstel van de TUC dat wordt gedragen door de Society of Chiropodists and Podiatrists werd als volgt toegelicht:
"Feet bear the brunt of daily life, and for many workers prolonged standing, badly fitted footwear, and in particular high heels can be a hazard. Around two million days a year are lost through sickness as a result of lower limb disorders. Wearing high heels can cause long term foot problems, such as blisters, corns and calluses, and also serious foot, knee and back pain and damaged joints. Many employers in the retail sector force women workers to wear high heels as part of their dress code. More must be done to raise awareness of this problem so that women workers and their feet are protected".
3. Ook naar Belgisch recht zou men zich de vraag kunnen stellen of de werkgever het recht heeft een dress code op te leggen (en we hebben het dan niet over het verplicht dragen van werkkledij conform het KB van 6 juli 2004. De definitie die dit KB geeft aan werkkledij omvat trouwens niet het schoeisel. Veiligheidsschoenen zijn wel een persoonlijk beschermingsmiddel waarvan het gebruik opgelegd kan worden conform een KB van 13 juni 2005), en hoe ver hij daarin mag gaan zonder de privacy of de vrije meningsuiting van de werknemer te schenden. Men kan zich ook afvragen in welke mate de werkgever bezorgd moet zijn om het schoeisel, of minstens de voeten van zijn werknemers, gelet op de algemene werkgeversverplichting om maatregelen te treffen ter bevordering van het welzijn bij de uitvoering van het werk (art. 5 Welzijnswet). Bij de keuze van de werkkledij en persoonlijke beschermingsmiddelen moet alvast rekening worden gehouden met ergonomische aspecten.
Wanneer het dragen van hoge hakken op het werk, eventuele preventieve maatregelen ten spijt, toch aanleiding zou geven tot letsels kan worden gewaagd van een arbeidsongeval (bijvoorbeeld een plotse verzwikking van de enkel omdat een werkneemster een sprintje trekt in de gangen) of misschien zelfs een beroepsziekte (beschadigde gewrichten naar aanleiding van het langdurig dragen van hoge hakken). Het gaat hier dan natuurlijk niet om een erkende beroepsziekte, maar artikel 31 van de Beroepsziektewet laat wel toe schadeloosstelling te bekomen voor een ziekte die niet voorkomt op de lijst, en die op een determinerende en rechtstreekse wijze het gevolg is van de beroepsuitoefening. Het bewijs van het oorzakelijk verband tussen de ziekte en de blootstelling aan het beroepsrisico van deze ziekte valt echter ten laste van het slachtoffer: niet meteen een cadeau, wetende dat heel wat vrouwen ook buiten de werkuren hakken dragen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten